Tussenstop

4 december 2015 - Singapore, Singapore

Impulsieve beslissingen blijken in mijn geval vaak de juiste. Zo ging het ook deze keer. Het plan was drie weken in Ho Chi Minh te blijven en deel te nemen aan een kortstondig vrijwilligersproject. Blijkt na enige communicatie dat dit voor een dergelijk korte termijn praktisch moeilijker haalbaar is en financieel geen meevaller. Ik besluit andere opties te bekijken. Diezelfde avond boek ik een vlucht en enkele dagen later zit ik in Singapore. 

 

Ik word op slag verliefd op deze stad. Het is de perfecte mix van cultuur, natuur en architectuur. Zo veel te zien, te beleven. De eerste dagen loop ik rond met mijn schatkaart - stadsplan - op zoek naar alle schatten die er in deze reusachtige stad te ontdekken zijn. Voeten vol blaren zijn het gevolg. Dan maar even een uitstap inplannen met de fiets naar een klein buureiland. Singapore voelt ook enorm Westers aan. Een zeer gestructureerde stad met duidelijke (verkeers)regels en gigantische gebouwen. Er worden kosten noch moeite gespaard voor de vele lichtshows en gratis live optredens. Aan de andere kant verdwijnt dat Westerse gevoel dan weer wanneer je ronddwaalt in Chinatown of Little India. 

 

De hostel waar ik momenteel verblijf - Tree In Lodge - is echt een fantastische plek. Ik zou het iedereen die naar Singapore reist en niet erg gesteld is op z'n privacy aanraden. Schoenen uit wanneer je binnen komt, 's ochtends samen aan de ontbijttafel, 's avonds even napraten of gezellig samenzitten in de gemeenschappelijke ruimte. Tijdens mijn eerste dagen hier leer ik Stella kennen, een Australisch meisje dat op de circusschool zit en de stad een bezoekje brengt om een optreden van Cirque Du Soleil bij te wonen. We brengen een aantal dagen samen door en spreken af dat er een reünie komt in Australië. 

 

Door lang op pad te zijn begin je jezelf sneller op ander plekken thuis te voelen. Er zijn ook bepaalde zaken waar je aan went: het almaar in- en uitpakken, de warmte, eten met stokjes, het onderweg zijn en af en  toe verdwalen, een dagelijkse portie tenen - in alle  vormen, maten en kleuren - en dat ze je achternaam niet kunnen uitspreken. Ik dacht dat de muggenbeten ook wel zouden wennen, maar soms zou je die geniepige bloedzuigers eens bij elkaar willen roepen en flink op hun donder geven. Ik vrees dat ze de anti-muggensprays die ik gebruik gewoon overheerlijk vinden. Er zijn ook zaken waar ik maar niet aan kan wennen zoals het publiekelijk boeren. Ik kan het echt niet laten verwonderd om te kijken wanneer de zoveelste Aziaat zonder gêne zijn keelgat openzet. Oh ja, en dan zijn er ook de chilipepers. Ik slaag er nog steeds niet in deze op een deftige manier binnen te spelen, zonder te hoesten, rood te worden, onmiddellijk naar drinken te grijpen of zoals gisteren, naar adem te happen. De Indische exemplaren blijken de ergste te zijn. Ik spreek uit ondervinding.

 

Maar je hoort me niet klagen. Ik ben nog elke dag dankbaar dat ik dit kan doen en blij dat ik de stap heb durven zetten. Sommige mensen verklaarden me gek. "Alé, gij als meiske alleen. En wat gaat gij daar dan doen?" Ik zou hen zo graag voostellen aan de Fin die ik ontmoette die helemaal met z'n fiets tot hier gereisd is - oh ja, Eline Pieters, het kan - of de Braziliaan die Azië aan het doorkruisen is te paard. Daar zit ik dan met m'n "straffe" verhaal. 

 

Foto’s